Over enkele weken breekt voor de media de komkommertijd aan. Dankzij de komkommercrisis hebben zij daar nu nog geen last van. Over die komkommers ondervroegen Knevel en Van den Brink staatssecretaris Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
Dat gesprek ging ongeveer zo.
‘Kunnen we spreken van een komkommercrisis?’, wilde Knevel weten. ‘Willen de Russen onze komkommers niet meer?’, deed Van den Brink er een schepje bovenop.
Na de eerste vraag hoor je een politicus gewoonlijk zeggen: ‘Nou kijk, dat moet u zo zien, aan dat verhaal zitten vele kanten…’ Na de tweede vraag verwacht je: ‘Ik ben blij dat u die vraag stelt, daar zou ik dit op willen zeggen…’
Maar dat zei Bleker niet. Hij zei eerst ‘ja!’ en toen ‘nee!’.
Even stokte het gesprek. Wat bedoelde die Bleker? Dat we een komkommercrisis hebben en dat de Russen onze komkommers niet meer willen?
Ja!
Verbluft keken Knevel en Van den Brink elkaar aan. Wat was de volgende vraag ook alweer?